Vijf gênante zaken die je overkomen voor, tijdens en na de bevalling

Honderden, wat zeg ik, duizenden boeken zijn er geschreven over zwangerschap, bevallen, baby’s en noem maar op. Hoe interessant ze ook allemaal mogen zijn, toch overkwamen er mij een aantal dingen waarvoor niemand mij gewaarschuwd had. En nu maar hopen dat ze echt niet alleen mij overkwamen, anders sta ik goed voor zot nu 😉

1. Snurken

Echt, tijdens alle zwangerschappen heb ik gesnurkt. Niet zo’n schattig knorrend geluid, maar eerder het geluid van een kettingzaag op speed. Zo erg zelfs dat de Wederhelft er behoorlijk wat slapeloze nachten aan overgehouden heeft. Sterker nog, ik schrok soms zelf wakker van mijn eigen geluid. Kun je er iets aan doen? Geen idee, gelukkig hield het ook meteen na de bevalling op.

2. Nachtmerries

Vooral in het laatste trimester van de zwangerschappen had ik last van levensechte nachtmerries. Geen heksen en monsters, maar compleet opengesneden buiken, bevallen van slangen in plaats van een baby. Genoeg om badend in het zweet wakker te worden en meteen aan je buik te voelen of die er nog wel zat. Ook dit hield gelukkig meteen op eens kindlief veilig en wel geboren was.

3. Lavement

Daar lag ik dan, in de verloskamer, bezig te bevallen van ons eerste kind. Alles onder controle, want de pijn viel al bij al nog mee op dat ogenblik. Een paar uur later besloot ik toch een epidurale verdoving te vragen, eerder uit voorzorg voor wat nog zou komen dan omwille van ondraaglijke pijn. De Wederhelft duwde op het belletje en vrijwel meteen kwam een verpleegster de kamer binnen. Nadat ze de anesthesist opgeroepen had, vroeg ze “of ik een lavementje wilde”, want na die verdoving kon ik immers niet meer uit bed. Eerst snapte ik het niet helemaal, ik had wel andere dingen aan mijn hoofd op dat moment, maar uiteindelijk viel mijn frank. Het is niet echt charmant als je in het heetst van de strijd nog andere dingen produceert dan alleen een baby. Qua gênantheidsgehalte kan het wel tellen, zo’n lavement krijgen en dan tussen twee weeën door naar het toilet spurten. Maar, eerlijk is eerlijk, op het moment zelf kon het me absoluut geen moer schelen, het was pas toen ik er een paar dagen later aan terugdacht, dat het schaamrood me naar de wangen steeg.

4. De assistenten

Nadat zowel de vroedvrouw, de verpleegster, een nieuwe vroedvrouw en een nieuwe verpleegster (lang leve bevallen op de wissel van twee shiften) als gekeken hadden hoeveel ontsluiting er was, kwam de gynaecoloog ook zijn ereloon opstrijken. Hup, persoon 5 die alles controleerde. Tot daar was ik er op voorbereid. Waar ik helemaal niet over nagedacht had, was de vraag of ook de vroedvrouwen, de verpleegster en de arts in opleiding eens mochten kijken. Wel ja, projecteer anders misschien heel mijn onderkant live op groot scherm in de aula!  Ik stemde er trouwens wel mee in hoor, ze moeten het tenslotte ooit eens leren en ik lag daar toch.

5. Aambeien

Vergeet pijn aan een eventuele hechting, vergeet naweeën, vergeet mogelijke constipatie en ongemakkelijkheid bij het plassen. Nee, het enige waar ik ongemak van had waren aambeien. Van het harde persen om die kinderen er uit te krijgen dus. Is dat nu niet stom? Ik presteerde het om 4 kinderen vingers-in-de-neus op de wereld te zetten, had nergens last van, voelde me springlevend en fit, maar moest pijnstillers nemen omwille van iets waarvan ik dacht dat alleen bejaarden het kregen. Wat het nog gênanter maakte, is dat de verpleegster de kamer binnenliep toen er bezoek was, pilletjes op de tafel legde en zei: “Hier zijn de medicamentjes voor de aambeitjes he”. Praten verpleegsters trouwens altijd met verkleinwoorden? Voor een keer was ik blij dat het bezoek uit Nederland moeite had met het Kempische accent. Goed, na een paar dagen was het leed geleden, dankzij neusspray. Jawel, vanaf nu een onmisbaar item in je bevallingskoffer. Neusspray ontzwelt. Meer valt daar niet over te zeggen.

Behalve het feit dat ze gênant waren, stelden bovenstaande zaken echt niets voor. Ik hield me altijd voor dat ze in dat verloskwartier wel wat gewend waren en dat ik dan toch best wel meeviel.

Herkenbaar voor sommigen? Zijn er nog meer dingen die je overkwamen en die je niet zomaar bij ieder familiefeest op tafel gooit? Dan is nu het moment aangebroken om ze te delen, dan weet ik in ieder geval dat ik niet alleen ben 😉

De 5 leukste/handigste kraamgeschenken

Het lijkt er op dat het baby-week gaat worden op de blog. Na de tips om je eerste zwangerschap door te komen, vandaag een lijstje van wat ik persoonlijk de leukste kraamgeschenken vind (om te geven en destijds te krijgen). Wat neem je nu eigenlijk mee op kraamvisite? Vooral toen ik zelf nog helemaal niet bezig was met kinderen, stond ik steeds voor een raadsel.

Dit waren de attenties die ik het meest kon waarderen en die me het meest bijbleven. Natuurlijk waren we blij met ieder bezoekje en geschenkje, dat spreekt voor zich, maar sommige dingen komen net iets meer van pas dan andere.

1. Iets van op de geboortelijst

Het kan onpersoonlijk lijken en als je pech hebt, hebben de kersverse ouders allerlei spullen gekozen waar jij absoluut niet warm of koud van wordt. Echter, ook al zijn spuugdoekjes en matrasbeschermers weinig aantrekkelijk om te geven, ik was er heel blij mee, je hebt ze immers toch nodig!

2. Kraamkost

Mijn broer kwam bij wijze van cadeau net voor de bevalling een dag bij ons koken. Resultaat was een tot de nok toe gevulde diepvries met verse soep, lasagne, spaghettisaus, hamrolletjes met witloof, gevulde courgettes, puree en ga zo maar door. Wat een genot om die eerste weken na de bevalling verse kant-en-klaar maaltijden te hebben!

3. Een kraampakket

Het was iets waar ik niet mee vertrouwd was, maar een Nederlandse vriendin kwam er mee op de proppen. In Nederland duurt de kraamtijd 10 dagen, dus krijg je een pakket met 10 kleine geschenkjes, eentje voor elke dag. Je maakt de pakjes zo groot en duur als je zelf wilt. Wat er bij ons in zat?  Billendoekjes, een kommetje met lepel voor de eerste fruithapjes, een rompertje, slabbetjes, mini-wasknijpers om de wenskaarten op te hangen, een knisperboekje, badolie, een pak luiers, sokjes in alle maten en een kadobon voor een babywinkel. Dit alles zat in een grote mand, ingepakt in vrolijke kleurtjes. Ik werd er instant vrolijk van!

4. Luiers

Als je geen inspiratie of tijd hebt, dan is dit altijd een schot in de roos. Ja, het is totaal onpersoonlijk en niet iets blijvend, maar o zo onmisbaar! Wil je er toch creatiever mee aan de slag gaan, dan kun je nog steeds een pampertaart maken.

5. Een geschenkje voor de andere kinderen

Toen Kind 3 en 4 geboren werden, hadden we natuurlijk al ontzettend veel spullen. Mijn schoonzusje was dan ook zo attent om iets mee te nemen voor de oudste twee kinderen. Het was voor hen erg fijn om ook net dat extra beetje aandacht te krijgen, want eerlijk is eerlijk, als er kraamvisite komt voor een tweeling, dan is er op dat moment weinig oog voor de oudste twee kinderen.

Knuffels, daar werd ik minder blij van. Hoewel, ze zijn natuurlijk lief en zacht en schattig en mooi, ik laat me er ook nog af en toe door verleiden hoor. Je verzamelt er echter zoveel op korte tijd en in de praktijk blijkt zoon- of dochterlief dan toch net dat ene knuffeltje dat gratis bij de tube zwitsal zat als favoriet te bestempelen. Enige uitzondering hier op vond ik de knuffels die mijn Wederhelft zorgvuldig voor ieder kind uitkoos, mijn broer die zijn allerliefste knuffel uit zijn kindertijd weggaf aan zijn petekind en de grote Loebas die Kind 2 van haar meter kreeg. Ondertussen hebben ze alle vier een echt grote knuffelbeer (of -knuffelkameel in het geval van Kind 1) en die zijn echt geweldig!

P1030414  kraamcadeau

Voor de mama’s onder ons: wat was jullie meest memorabele kraamgeschenk? Waar werden jullie blij van? Of net niet natuurlijk?

De gouden raad van Tante Annelore: een eerste zwangerschap

Nu we toch helemaal in de baby-sfeer zitten met de kleine Charlotte van Kate en William, vond ik het tijd om mijn 5 gouden tips om een eerste zwangerschap goed door te komen op een rijtje te zetten.

1. Geef toe aan je vermoeidheid

De eerste 12 weken kun je moe zijn. Dan bedoel ik niet ik-ben-te-laat-naar-bed-gegaan-moe, maar echt uitgeput. Ik werkte in die tijd nog als vertegenwoordiger en kon de keren dat ik langs de kant van de weg in de auto een dutje deed niet meer bijhouden. Soms overviel de vermoeidheid me zo, dat ik bij het tankstation op 500m van ons huis moest stoppen. Verzet je er niet tegen. Het gaat ook echt weer over na 12 weken, geloof me.

2. Zoek een goede gynaecoloog

Echt slechte gynaecologen zullen er wel niet zijn, ze hebben tenslotte hun diploma gehaald. Het is echter wel belangrijk dat je iemand kiest waar je je prettig bij voelt. Gedurende ruim negen maanden zul je maandelijks of vaker op zijn onderzoekstafel liggen. Wel zo fijn als je je op je gemak voelt dan.

3. Stel een planning op

Ok, dit is echt een tip voor van die overdreven planmatige types zoals de Wederhelft en ikzelf, maar die zullen er nog wel zijn. Toch? Of zijn wij echt zo’n neuroten?

Wij regelden alles in een vroeg stadium van de zwangerschap. Met alles bedoel ik dan ook echt alles : de keuze van de geboortekaartjes, aanschaf van de babykamer, keuze van peter en meter,…  Wij vonden het fijn alles te kunnen afvinken op de lijst, dat zorgde voor rust. Rust die ervoor zorgde dat we de rest van de zwangerschap vlekkeloos doorliepen.

4. Leef gezond, maar overdrijf niet

Ik ga geen volledige topic wijden aan niet roken en drinken tijdens de zwangerschap. Ik ga er van uit dat iedereen tegenwoordig weet wat voor risico’s dit met zich meebrengt. Waar ik het wel over wil hebben, zijn groenten. Het wordt afgeraden rauwe groenten te eten, in verband met het risico op toxoplasmose. Maar echt, als je zelf je groenten koopt en wast, dan is er niets aan de hand. Ontzeg jezelf geen 9 maanden een gezond slaatje, dat is nergens voor nodig. Het is in mijn ogen wél een goed idee om dat slappe blaadje sla en die verlepte worteltjes op de rand van je nasi-schotel of tussen je pita te laten liggen.

5. Stel je niet aan en geniet

Je bent zwanger. Niet ziek. Dus nee, als je net zwanger bent, is er geen enkele reden om niet mee te helpen met de afwas. Ja, zo zijn er echt.  Er circuleren honderdduizenden horrorverhalen over miskramen, vroeggeboortes en andere ellendige dingen die tijdens je zwangerschap kunnen gebeuren. Negeer ze zoveel mogelijk. Een zwangerschap verloopt in oneindig veel meer gevallen vlekkeloos, maar daar wordt niet over gepraat.

Er is ook geen enkele reden om je wederhelft om 2 uur ’s nachts uit bed te schoppen om een pak friet te halen. Hij heeft ook zijn nachtrust nodig en trouwens, van al die vettigheid krijg je toch alleen maar last van brandend maagzuur.

Maar bovenal, geniet. Je bent maar één keer voor de eerste keer zwanger. Je kunt het maar één keer zo bewust beleven (althans, zo heb ik het toch ervaren). Wanneer er al een of meerdere kindjes rondlopen, sta je niet meer zo lang stil bij bijvoorbeeld het eerste schopje,…Simpelweg omdat je je aandacht moet verdelen, niet omdat je het minder belangrijk vindt.

Dit is mijn persoonlijke lijst, dus zeker geen absolute waarheid. Ik besef maar al te goed dat genieten relatief is als je de eerste maanden of langer last hebt van misselijkheid of andere kwalen. Bedenk gewoon dat er je miljoenen vrouwen voorgegaan zijn en als zij dit konden, jij dit zeker ook kan!

Hebben jullie nog gouden tips voor vrouwen die voor de eerste keer zwanger zijn?

Je bent moeder van kleine kinderen als je…

…aan de hoogte van de snotvlekken op je rok en de vette vingers op het raam kunt zien hoe groot je kroost is

…de keuken dweilt maar eigenlijk weet dat je dat een half uur later al niet meer kunt zien

…honderdduizend keer op een dag “Waarom?” en “Nee!” hoort

…na een shopmiddag thuiskomt met alleen kleren en leuke dingen voor de kinderen

…wanneer je dan toch eens voor jezelf gaat shoppen, kledij koopt waar vieze vlekken niet meteen zichtbaar op zijn *zeg maar dag tegen die met de hand te wassen witte zomerjurk*

…perfect de hele klaslijst van de kinderen kunt opnoemen maar geen flauw benul hebt van wat er in ‘de echte wereld’ allemaal gebeurt

…’s morgens zo moe bent dat je het gevoel hebt dat je ogen te klein zijn voor de contactlenzen en je dus maar besluit je bril op te houden

…standaard een voorraad batterijen in huis hebt voor al dat speelgoed met irritante geluidjes

…overal wel een pakje snoetenpoetsers liggen hebt

…’s avonds met je Wederhelft de slappe lach krijgt omdat je samen op de speelmat het speelgoed aan het sorteren bent

…blij wordt als je kinderen blij zijn

…een speelhoek in een restaurant belangrijker vindt dan de keuze op de menukaart

…merkt dat het voorbereiden van een uitstap vaak meer tijd kost dan de uitstap zelf

…tijdens een maaltijd wel 100 keer moet opstaan en al tevreden bent als je eten nog lauw is wanneer je het eindelijk in je mond stopt

…luidkeels met de Plop-cd zit mee te brullen in de auto, ook als je zonder kinderen op weg bent

…volledig overgeslagen wordt als je (schoon-)ouders op bezoek komen omdat die steevast eerst de kinderen knuffelen

…pas nummer 5 in de rij voor een kus en een knuffel bent als de Wederhelft thuiskomt van het werk

…discussies voert over het huis van Sinterklaas en over wat voor kleur zijn pyjama zou hebben

…gewend bent om geflankeerd door een of meerdere kinderen naar het toilet te gaan

…jezelf herkent in bovenstaand lijstje 🙂

5 redenen waarom je je kind niet bij je in bed moet nemen (maar het toch wel doet)

1. Je hebt het te warm

Kind 1 slaapt alleen bij ons als hij een nachtmerrie gehad heeft en nood heeft aan knuffels. Concreet gezien houdt dit in dat hij met armen en benen als een aapje om me heen geklemd ligt te slapen. Heerlijk, een hele nacht die warme adem in je gezicht en hopen dat je geen kramp krijgt omdat je geen kant op kan door de houdgreep.

2. Je hebt het te koud

Kind 2 komt dan weer tussen ons liggen voor de gezelligheid. Ze valt meteen weer in slaap en  rolt zich dan bij voorkeur in het donsdeken als een stronkje witlof in een hamrolletje. Gevolg is dat ik de hele nacht zonder deken lig te klappertanden terwijl zij lekker slaapt.

3. Je bed wordt beschouwd als een trampoline

Kind 3 en 4 slapen gelukkig steeds in hun eigen bedjes, maar op een vroege weekendochtend proberen we wel eens om ze tussen ons in te leggen om zo nog een half uurtje te kunnen blijven liggen. Tevergeefse poging natuurlijk.  Zodra ze ons bed zien, beginnen ze te juichen en krijgen ze (nog) meer energie.  Ons bed verandert van een warm nest in een indoor trampoline. Tot zover het rustig wakker worden.

4. Het kingsize bed blijkt toch te klein

Toen Kind 1 en 2 jonger waren, sliepen ze ook regelmatig tussen ons in.  Gedurende de nacht draaiden ze zich in alle mogelijke richtingen. Om dan uiteindelijk bij voorkeur helemaal dwars te gaan liggen.  Voeten in het gezicht van de Wederhelft en hoofd midden op mijn kussen. Gelukkig waren we in die tijd zo moe dat we ook op een strookje van 30cm in slaap konden vallen.

5. Je denkt dat je ze gaat verpletteren

Vooral toen ze nog kleiner waren, sliepen we in een soort van ‘waakstand’. Dan schrokken we midden in de nacht wakker omdat we dachten dat we bovenop een kind waren gerold. Uiteraard was dat niet het geval, maar toch schoven we voor de zekerheid nog meer naar de rand van het bed dan we al lagen. Om dan een paar minuten laten weer wakker te schieten omdat we er bijna uit rolden.

Kortom, kinderen in ons bed, het is geen groot succes. Maar aan de andere kant, als ik dan zo’n hoopje slapend en snurkend kind zie liggen, dan smelt ik weg.  Dan maar iets minder dekens en ruimte 🙂